Source :

Karel de Lange staat bekend om zijn recht-voor-z’n-raap-kritiek op de huidige dressuurpraktijken. Hij vreest dat het op basis van het huidige beleid niet goed gaat komen als het gaat om Nederlandse successen. Op Facebook meldt hij het volgende:

‘De KNHS bepaalt wie er namens Nederland deel gaan nemen aan de Olympische Spelen die al op 26 juli 2024 in Parijs beginnen. De recente Rankinglijst van de FEI (april 2024) ziet er niet erg hoopvol uit. Slechts één landgenoot staat in de top tien van de deze internationale ranking en dat belooft weinig goeds.

De hoop is nu dat een paar vroegere “grootheden”, die nu op een onmogelijke plaats of zelfs helemaal niet op deze lijst staan, op laatste moment nog de juiste punten bij elkaar rijden om aan de voorwaarde van deelname te kunnen voldoen. Dat zou trouwens voor de ruiters die wel de afgelopen twee jaar actief bezig zijn geweest wel heel zuur zijn als ze op die manier buiten de boot zouden vallen.

De KNHS- shortlist zag er per 13 dec. 2023 als volgt uit.

“De kaders zijn samengesteld uit de combinaties die hebben voldaan aan de eisen zoals genoemd in de Topsportovereenkomsten en daarnaast door de bondscoaches het meest kansrijk worden geacht in Parijs onderdeel te zijn van TeamNL.”

• Marlies van Baalen met Habibi DVB (v. Don Schufro)

• Kirsten Brouwer met Foundation RR (v. United)

• Dinja van Liere met Hermès N.O.P. (v. Easy Game) en Hartsuijker (v. Johnson)

• Devenda Dijkstra met Hero (v. Johnson)

• Lynne Maas met Electra (v. Jazz)

• Marieke van der Putten met Tørveslettens Titanium RS2 N.O.P. (v. Totilas)

• Emmelie Scholtens met Desperado (v. Vivaldi) en Indian Rock (v. Apache)

• Thamar Zweistra met Hexagon’s Ich Weiss (v. Rubiquil)

Daarbij moeten we ook in ogenschouw nemen dat de per 1 januari 2024 aangestelde Patrick van der Meer naast Alex van Silfhout, die vanaf die datum en tot en met de Olympische Spelen enkel als teamtrainer gaat fungeren, beide uit de Hollandse polderdressuur van ronder en ronder en meer verbinding afkomstig zijn. Maar die a-rijkunstige formule heeft nu net niet tot de gewenste lauweren geleid. Het is niet de vraag maar de zekerheid die ons leert dat deze dubbele begeleiding, die volgens de KNHS een belangrijke stap is in de ambitie om een top-3-klassering op de Olympische Spelen te realiseren, een voortzetting van de polderdressuur en daarmee gedoemd tot mislukken is.

DE OORZAAK
Tja, dat is de kardinale vraag en toch kan die vrij simpel beantwoord worden met de voorbeelden die we voordurend zien en waarvan verteld wordt dat dit scholing op Olympisch niveau is. En voor een ieder, die iets van dressuur kent en weet hoe de Grand Prix-exercities eruit horen te zien, is het een vaststaand feit dat dit helemaal geen Olympisch niveau is en daar ook heel ver vanaf staat.

Toch zijn de amazones op de hierboven geprojecteerde Shortlist praktisch allemaal met de hard tanende polderdressuur opgegroeid en hebben ze nooit anders geleerd. Nu de druk bij de FEI steeds groter wordt om weer volgens de FEI-regels de beoordelingen uit te voeren, zal in Parijs zeker getracht worden om dit ook zichtbaar aan de wereld te laten zien. Want anders is de kans groot dat de paardensport op de volgende Olympische Spelen terecht geweerd wordt. Deze, volgens de polderdressuur opgeleide ruiters, zullen dan in Parijs ook geen schijn van kan maken.

HET ROER MOET OM
De KNHS zal dus moeten inzien dat ze met een voortzetting van de Hollandse polderschool haar eigen graf graaft en dat ze tegelijkertijd de Olympisch ambities wel schudden kan. Het Olympisch niveau dat door de Academy Bartels nog wordt aangeprezen, staat daar mijlenver van af. Wat de kenners 20 jaar geleden al verkondigden, is nu een angstige werkelijkheid geworden. Angstig is ook dat men hier in dit land de klassieke dressuur rücksichtslos aan de kant heeft geschoven en ingeruild heeft voor de polderdressuur op het niveau van de Academy Bartels en daar is dus veel kennis mee verloren gegaan.

TOEKOMST
Voor de a.s. Olympische Spelen zal het ook niet meer lukken om de scholing weer helemaal om te zetten in de tijdloze klassieke dressuur waarin harmonie en balans de hoofdmoot van een rijkunstig ballet vormen. Om de afgang niet al te groot te laten worden, is het daarom misschien, om te redden wat er nog te redden valt, verstandig om het ronder, ronder en de harde verbinding van het achter de loodlijn rijden zoveel mogelijk te vermijden om nog enigszins punten te kunnen scoren. Dinja van Liere is daar al mee begonnen en ook Marlies van Baalen doet pogingen daartoe. Als de KNHS qua training en opleiding die noodzakelijke stap nu niet zet, zullen de Olympische Spelen van 1928 in Los Angelos onbereikbaar worden.

HOOP
Er is echter hoop. Bij het huidige FEI-jurycorps zit ook Eddy De Wolf van Westerrode, die van alle FEI-juryleden de best opgeleide klassieke ruiter en trainer is. Laat hem met een aantal vakmensen, die hij heeft opgeleid en waarvan hij de kwaliteiten kent, de kader- en juryopleiding doen volgens de principes van de klassieke dressuur zoals dit in het Skala der Ausbildung staat omschreven. Tot de klassieke vakmensen behoren ook Atjan Hop en Johan Hamminga. Met de vele ambitieuze en enthousiaste ruiters die Nederland telt, moet het dan mogelijk zijn om in de hoogste regionen weer mee te kunnen doen. Alleen dan lopen we weer echt op de wereld vooruit die nu voor een groot deel ook internationaal op een droevig polderniveau is blijven steken. Hoop is echter geen methode. Daarvoor zijn daadkracht en beleid nodig.’

© Nieuws.Horse 2023 | powered by ThreeTwoOne CreationFactory